Het Passief

Gebruik

Het passief wordt gebruikt om:

–> de handeling in een zin nadruk te geven:

actieve zin: Iemand heeft mijn telefoon gestolen: een feit; informatie over wat is gebeurd
passieve zin: Mijn telefoon was gestolen: een nadruk op gestolen; dat het bijvoorbeeld niet verloren was

–> het direct object van de actieve zin nadruk te geven:

actieve zin: U ontvangt een brief: een feit; informatie over wat zal gebeuren
passieve zin: Een brief wordt gestuurd naar u: nadruk op een brief; u ontvangt dus niet een e-mail of iemand gaat u bellen, maar u ontvangt een brief

Vorm

worden/ zijn + participium (+ door + handelende persoon)

Object –> subject

het object van de actieve zin verandert zich in het subject in de passieve zin:
De politie haalt de fietsen weg. –> De fietsen worden weggehaald door de politie.

actieve zin, fietsen = object
passieve zin; fietsen = subject

Worden x zijn

– worden wordt gebruikt voor de onvoltooide tijden
– zijn wordt gebruikt voor de voltooide tijden

passieve zin onvoltooid: Deze koffie wordt/ werd gemaakt door de beste barrista in de stad.
– een regelmatige actie
– een handeling die is/ was op dat moment in het process (barrista staat/stond de koffie te maken)

x

passieve zin voltooid: Deze koffie is/ was gemaakt door de beste barrista in de stad.
– de koffie is/ was klaar; het gaat/ ging alleen over dit ene keer, het is geen regelmatige actie

Verschillende tijden

presens: word/ wordt/ worden + participium:
De e-mail wordt gestuurd om 8 uur.

verleden ontvoltooid (imperfectum): werd/werden + participium:
De e-mail werd elke dag gestuurd om 8 uur.

verleden voltooid (perfectum): zijn/is/ben/bent + participium
De e-mail is gestuurd om 8 uur. 

plusquam perfectum: was/ waren + participium
Ik wilde nog een bijlage toevoegen, maar de e-mail was al gestuurd.

futurum: zal/ zullen + participium + worden/ zijn
De e-mail zal gestuurd worden/ zijn om 8 uur.

conditionalis: zou/ zouden + participium + worden/ zijn
De e-mail zou gestuurd worden/ zijn om 8 uur.

– bij het futurum en conditionalis zijn beide volgordes mogelijk:
zal worden/ zijn gestuurd  correct
zal gestuurd worden/ zijn correct

Overzicht:

tijdactieve zinpassieve zin
presensIk stuur de e-mail.De e-mail wordt gestuurd.
imperfectumIk stuurde de e-mail. De e-mail werd gestuurd.
perfectumIk heb de e-mail gestuurd.De e-mail is gestuurd.
plusquam perfectumIk had de e-mail gestuurd.De e-mail was gestuurd.
futurumIk zal de e-mail sturen.De e-mail zal gestuurd worden/ zijn.
conditionalisIk zou de e-mail sturen. De e-mail zou gestuurd worden/ zijn.

Gebruik van er in de passieve zin: 

er wordt in de passieve zin gebruikt in de volgende gevallen:

–> Als er geen concrete persoon/ dier/ ding (de dader) bekend of genoemd is:
Er wordt gewerkt aan onze website. Bedankt voor uw geduld.
= iemand werkt aan de website of hem aan te passen/ vernieuwen, maar het is niet bekend/ niet belangrijk wie

Er werd veel gedronken op het feestje.
= mensen op het feestje hebben veel gedronken, maar we weten niet concreet wie

–> Als het subject van de actieve zin een onbepaald substantief is:

Er worden weinig huizen verkocht op dit moment.
weining huizen = onbepaald substantief

Er wordt een nieuw album vewacht.
– een nieuw album = onbepaald substantief

Passieve zin met een modaal verbum (kunnen, mogen, …)

Er zijn twee volgordes mogelijk:

modaal verbum + worden + participium
modaal verbum +participium + worden

De factuur kan later betaald worden. correct
De factuur kan later worden betaald. correct